Spetterend debat Leefbaarheidsmonitor Hoogvliet
Een stevige en spetterende discussie.
Zo eindigde het slotdebat vorige week woensdag rond de maanden durende campagne
van de Leefbaarheidsmonitor Hoogvliet 2009. De campagne was bedoeld om de
resultaten van de monitor, een dikke 7 voor leefbaarheid, voor het voetlicht te
brengen door o.a. bewonersavonden en een postercampagne.
De Leefbaarheidsmonitor is een onderzoek onder bewoners waarbij de beleving van
leefbaarheid van de wijken wordt gemeten.
Onder leiding van ervaren debatleider en journalist, Frenk van der Linden werd
stevig gediscussieerd tussen bewoners, professionals en diensten, in een
bomvolle zaal.
Het debat was opgezet in de vorm van een paneldiscussie met bewoners,
onderzoekers en de gebruikers van de monitorcijfers, waaronder de politie, Roteb
en Gemeentewerken. De avond begon met een uiteenzetting van de resultaten
waarbij opvallende cijfers naar voren kwamen.
Zo blijken de grote verschillen in wijken in leefbaarheid af te nemen: de wijken
groeien naar elkaar toe.
De ooit slechtste wijken van Hoogvliet zoals Westpunt,krijgen zelfs de hoogste
rapportcijfers voor leefbaarheid.
De onderzoekers van Bureau Boom die voor de vijfde keer de Leefbaarheid in
opdracht van de de Deelgemeente onderzochten, noemden de zichtbaar grote
vooruitgang in de loop van 10 jaar. “Het is in Hoogvliet als gemiddelde
aantoonbaar beter geworden.
En het is nog steeds stijgende. Natuurlijk is men nog niet klaar. Er moet echter
ook gekeken worden naar wat goed gegaan is, wat beter kan en hoe men de goede
resultaten verder uitbouwt.”
Emoties en hondenpoep Uit de soms geemotioneerde discussie met bewoners blijkt keer op keer dat wetenschappelijke cijfers lastig te interpreteren zijn voor bewoners en dat niet álle bewoners zich herkennen in de cijfers van het onderzoek. Zo was er veel kritiek van bewoners uit Oudeland die aangaven overlast, vervuiling en onveiligheid te ervaren in hun buurt. Er bleek een dringende behoefte aan terugkeer van meer buurtagenten op straat.
Er waren ook tegengeluiden van andere bewoners:” Als er heel veel emotie bestaat over hondenstront, verkeerd men zich dan niet in een luxepositie? In het verleden waren er veel ergere zaken aan de orde in Hoogvliet, toen maakte men zich niet druk om hondenstront”! En…”Ik ben apetrots op de cijfers, Hoogvliet heeft vanaf eind jaren ‘90 een enorme sprong voorwaarts gemaakt, maar dit is geen reden om achterover te leunen. Het gaat om wat de mensen in de eigen wijk meemaken, aldus een aanwezige bewoner.
Eigen verantwoordelijkheid burger Het algemene rapportcijfer voor Hoogvliet
is een 7. In hoeverre is het aan de deelgemeente om dit cijfer verder omhoog te
krijgen?
Rode draad in de discussie was dan ook de vraagstelling waar de
verantwoordelijkheid van de overheid ophoudt en waar die van de burger begint.
“Ik wil geen lijstjes horen van wat de deelgemeente allemaal moet doen, maar ik
wil horen wat u gaat doen om uw wijk leefbaarder te maken, zo prikkelde
debatleider Frenk van der Linden bewoners aan om te laten zien hoeveel zij zelf
voor hun wijk willen en kunnen betekenen.
Jonge bewoner, Nick van den Heuvel uit Tussenwater nam de uitdaging aan en
verwoordde het als volgt: “de bewoners moeten zelf meer doen voor de buurten,
zelf ook verantwoordelijkheid nemen.
Er is momenteel weinig begrip, zeker ook tussen jongeren en ouderen, daarin is
nog heel veel te halen, en dat komt dan weer terug in de vermeende overlast.
Wanneer iemand overlast ervaart, hoeft dat niet altijd overlast te zijn. Een
melding over hangjongeren gaat vaak over twee of drie jongeren die even staan te
socializen.”
Een bewoner uit de Lampreibuurt noemde de Straatdialogen als smeermiddel en
mogelijkheid om zelf wat te doen voor de wijk: “Met een aantal jongens uit de
Lampreistraat is er een straatdialoog geweest. Het was fantastisch om te zien
hoe deze jongeren reageerden op ouderen.
De jongeren vroegen zelf ook geaccepteerd te worden. Ik pleit voor meer
straatdialogen met jongeren, dan komt er veel meer begrip en neemt overlast af.
Mensen zijn gauw bang voor jongeren, zeker als ze een andere huidskleur hebben.
Misschien kan er wel meer preventief gefouilleerd worden in de wijken.”
Aan het eind van het debat ondervroeg de debatleider de aanwezige politici:
het Dagelijks Bestuur van de deelgemeente en wethouder Karakus. Kees van Pelt,
voorzitter van de deelgemeente gaf aan dat er een mooie ontwikkeling is geweest
in de afgelopen jaren maar vond ook dat de trots onder de bewoners meer
zichtbaar moet worden.
“Bewoners hebben natuurlijk nog veel aandachtspunten, maar er is ook veel voor
elkaar gekregen. Er is een grote betrokkenheid, deze moet nog verder worden
gebruikt.”
Tot slot vroeg Frenk van der Linden aan wethouder Karakus wat het geheim was
van het recept dat Hoogvliet dat zoveel beter heeft gemaakt. “Als wethouder heb
ik enorm veel geleerd van Hoogvliet, vooral over hoe men bewoners betrekt bij de
ontwikkelingen.
De bewoners moeten de buitenruimte mede ontwikkelen zodat de bewoners ook echt
het gevoel krijgen dat de wijk van hen is.”, aldus Karakus.